Ver'jaar·dag m -en 1 goede reden om taart te bakken; 2 dag waarop iems geboorte een aantal jaren geleden is; geboortedag: zijn ~ vieren.
Dit jaar heb ik voor mijn verjaardag vijf verschillende sloffen gebakken. Dat lijkt een heel gedoe, maar in werkelijkheid was het heel handig. Ik was namelijk op tweede paasdag jarig, en ik wilde niet de hele eerste paasdag in de keuken staan. Daarom heb ik één grote bak deeg gemaakt, en in serieproductie vijf sloffenbodems gebakken. Op de ochtend van mijn verjaardag heb ik alle taarten gevuld en opgespoten en zo had ik een prachtige serie verse taarten op tweede paasdag.
Ik geef toe dat er nog een paar klusjes bij kwamen kijken, zoals het voorbereiden van banketbakkersroom, karamelslagroom, karamelpasta en sinaasappelcurd. Maar dat zijn allemaal leuke klusjes die je in een verloren uurtje kunt doen.
Een slof bestaat uit een bodem van een heerlijk koekdeeg, meestal gebakken met een laagje amandelspijs, en daarop kan elke vulling die je maar kunt verzinnen. Ik denk dat de meest traditionele die is met banketbakkersroom en aardbeien. Dat was ook de eerste die bij ons op was.
Voor een slof heb je een sloffenring nodig, dat is een eenvoudige langwerpige vorm met afgeronden zijkanten, dezelfde vorm als bij een kano. Je kunt ze via internet makkelijk bestellen, ik heb hem van Baktotaal Bouwhuis. Het handige is, dat je de slof na het bakken gelijk uit de ring haalt, waardoor je hem gelijk weer kunt gebruiken voor de volgende slof.
De sloffenrecepten komen allemaal van Rutger van den Broek. In zijn Bakbijbel wijdt hij bladzijde 285-291 aan sloffen. Rutger won de eerste editie van Heel Holland Bakt en heeft sindsdien al zes boeken geschreven, waarvan de Bakbijbel de derde is. Zijn recepten zijn tot nu toe altijd gelukt, dus vertrouw ik hem nu blind.
De Bakbijbel is een buitengewoon mooi boek. Stevig en dik (500 bladzijden!), heel veel prachtige foto's, stap-voor-stap-beschrijvingen, probleemoplossingen...
Het is in zeven hoofstukken verdeeld: "Koek en koekjes", "Cakes", "Taarten", "Gebak", "Friandises", "Desserts" en "Wafels, poffertjes en pannenkoeken". Veel van de 160+ recepten hebben ook variaties en tips. Bij zeker de helft van de recepten denk ik "dat wil ik ook ooit nog maken" (en de andere helft heb ik al eens gemaakt, haha). Dit boek is zo duidelijk dat het ook geschikt is voor beginnende bakkers. Het ISBN-nummer is 978904882627, en het boek is uitgegeven door Carrera Culinair.
Nu denken jullie dat ik vijf recepten ga overtypen. Maar nee: jullie krijg vijf hyperlinks naar de website van Rutger van den Broek: rutgerbakt.nl. Daar vind je een schat aan recepten, gratis. Bake your heart out!
Aardbeienslof
Eerst banketbakkersroom, dan aardbeien en slagroom.
Karamelslof
Eerst een laagje karamelpasta, dan karamelslagroom en wat chocola.
Appelslof
Banketbakkersroom, appeltaartvulling en slagroom.
Sinaasappelslof
Sinaasappelcurd en merengue.
Banoffeeslof
Mijn favoriet: banaan, karamelpasta, slagroom, pecannoten en wat chocola.
Let dus wel even op dat dit wat planning vergt. Sommige onderdelen moeten urenlang afkoelen voor je verder kunt, en die kun je dus beter een dag eerder maken.
En nog iets: Rutger geeft ingrediënten voor twee sloffen tegelijk. Ik heb dus wel even zitten rekenen voor ik aan de slag ging.
Alle vijf de sloffen waren verrukkelijk, en het was erg feestelijk om ze als buffet te serveren.
De restjes van het bakken zijn overigens ook het noemen waard. Een broodje met banketbakkersroom en aardbeien is net een gebakje. De karamelpasta is net smeerbare toffee, dat is overal lekker op. De sinaasappelcurd is heerlijk op geroosterd brood. De appeltaartvulling doet het goed in de vla.
===
Meer informatie over mijn project "Mijn kast vol kookboeken" vind je hier: https://kokenindebrouwerij.blogspot.com/2019/01/mijn-kast-vol-kookboeken-een-project.html.
30 april 2019
17 april 2019
Hot cross buns / paasbroodjes - kast vol kookboeken #30
Deze week ga ik naar een kleine paasviering, die we afsluiten met een potluck-lunch. En dan vul ik op het lijstje altijd in "ik bak wel wat". Deze keer heb ik hot cross buns gebakken. Hot betekent dat ze nogal gekruid zijn, en cross buns zijn kruisbroodjes.
Hot cross buns zijn zoete, kruidige broodjes, met krenten of rozijnen, en met een kruis op de bovenkant. Soms alleen met inkepingen, soms met deegreepjes, en in de VS met suikerglazuur.
Ze lijken een beetje op krentenbollen, maar dan steviger en kruidiger.
Ze worden traditioneel gegeten op goede vrijdag, vooral in het Verenigd Koninkrijk, Ierland, Australie, India, Canada, Nieuw Zeeland, Zuid-Afrika en in sommige delen van Amerika. Het broodje markeert het eind van de veertigdagentijd, de vastentijd voor pasen. Het kruis verwijst dan naar de kruisiging van Jezus op goede vrijdag, en de specerijen naar de balseming van zijn lichaam. Maar er zijn ook theorieën dat kruisbroodjes al zo oud zijn als de weg naar Rome, en naar de jaargetijden verwijzen.
Hot cross buns zijn qua verkrijgbaarheid net zo irritant als de Nederlandse paaseitjes: ze komen al op de markt zodra kerst voorbij is.
Maar toen ik had besloten dat ik hot cross buns wilde maken en erover bloggen, moest ik nog wel een recept vinden in mijn kookboeken. Knipsels heb ik wel in mijn mappen, maar dat telt niet :-)
Ik heb serieus alle registers van al mijn bakboeken gecheckt! Het lastige is dat je moet checken op hot cross, op kruisbroodjes, op paasbroodjes - en dan nog mis je obscure vertalingen van het recept.
Uiteindelijk vond ik een werkbaar recept (voor pittige paasbroodjes!) in het broodmachine bakboek van Jennie Shapter. Wij hebben jaren een broodbakmachine van de Aldi gehad, verschillende na elkaar zelfs, maar nu de laatste kapot is gegaan, zijn we overgestapt op brood kneden met de staande mixer.
Maar gelukkig is dat geen probleem: elk brooddeeg kun je ook zonder machine maken. Het recept werkte uitstekend!
Het broodmachine bakboek is een groot, dik boek, met vreselijk veel recepten. Ze zijn ingedeeld in:
standaardbroden, speciale granen, platte broden en pizza, zuurdesem en zetsel, hartige broden, groentebroden, broodjes en luxebroodjes, zoete broden en gistcakes, en tenslotte teabread en cake.
Het is echt erg compleet, en de recepten zijn me altijd goed bevallen. Het partybrood (allemaal bolletjes tot 1 brood) bijvoorbeeld heb ik tientallen keren gemaakt. Overigens wordt de broodmachine in het grootste deel van de recepten vooral gebruikt als kneed- en rijs-hulp.
Wat ik altijd leuk vond, is dat er van die typische broodbakmachine-dingen in staan, zoals variaties groot-middelgroot-klein met bijbehorende hoeveelheden.
De eerste paar tientallen bladzijden behandelen de theorie van brood bakken en de broodmachine, inclusief troubleshooting.
Het broodmachine bakboek van Jennie Shapter is in 2002 uitgegeven door Veltman Uitgevers met ISBN 9789059209862. Het is tweedehands goed en voordelig verkrijgbaar.
Hot cross buns
voor 12 broodjes
Nodig:
210 ml melk
1 ei
450 gram bloem
1 1/2 theelepel vijfkruidenpoeder
1/2 theelepel kaneel
1/2 theelepel zout
50 gram poedersuiker
50 gram boter
1 1/2 theelepel instantgist
75 gram krenten
25 gram rozijnen
25 gram sukade *
voor de deegkruisen:
50 gram tarwebloem
25 gram margarine (harde roomboter is ook prima)
voor het glazuur:
2 eetlepels melk
25 gram poedersuiker
(Het recept is uitgeschreven voor de broodbakmachine, maar makkelijk aan te passen naar handwerk. Kneed het deeg een minuut of tien, laat het verdubbelen, vorm broodjes, laat die weer verdubbelen, en bak ze net als hieronder.)
1. Schenk de melk in de broodvorm, breek het ei erboven.
2. Strooi de bloem er zo op dat hij de vloeistof bedekt. Strooi vijfkruidenpoeder en kaneel erover. Voeg zout, suiker en boter in aparte hoeken toe. Maak een kuiltje in het midden en doe daar de gist in, zonder de melk te raken.
3. Zet de machine op deegstand, waar mogelijk op de stand "vruchten en noten". Druk op start. Bestrijk twee bakplaten met wat olie.
(Even tussendoor: ik heb de broodjes in een rechthoekige vorm (20x32) gebakken, zodat ze tegen elkaar aan rezen. Zo kon ik ze ook in een keer in de oven krijgen.)
4. Voeg als de machine een piepsignaal geeft of vijf minuten voor het eind van de deegcyclus de zuidvruchten en sukade toe.
5. Haal het deeg na het kneden uit de machine en leg het op een licht met bloem bestoven werkvlak. Druk voorzichtig de lucht eruit en verdeel het deeg in 12 gelijke stukken. Maak van elk stuk een balletje en leg de balletjes op de bakplaten. Bedek ze met ingevet plasticfolie en laat ze 30-45 minuten rijzen tot bijna dubbele omvang.
6. Verwarm de oven intussen voor op 200 graden en maak het deeg voor de kruisen: wrijf de bloem en de margarine tot een kruimelige massa, en voeg precies genoeg water toe om er een dun deeg van te maken dat je kunt spuiten met een spuitzakje.
7. Schep het deeg in een spuitzak met een heel klein, glad mondje, en spuit op elk broodje een kruis. (Dit kan ook met een diepvrieszakje waar je een heel klein puntje af knipt.) Bak de broodjes 15-18 minuten goudbruin. (Ik had 20 minuten nodig voor ze bruin werden.)
Verhit intussen de melk en suiker voor het glazuur in een klein pannetje. Roer goed zodat de suiker goed oplost. Bestrijk de broodjes zodra ze uit de oven komen met het glazuur, stort ze op een rooster en serveer ze warm of koud.
* Sukade is de gekonfijte cedervrucht. Ik houd er helemaal niet van en laat het dus gewoon weg.
Hot cross buns zijn zoete, kruidige broodjes, met krenten of rozijnen, en met een kruis op de bovenkant. Soms alleen met inkepingen, soms met deegreepjes, en in de VS met suikerglazuur.
Ze lijken een beetje op krentenbollen, maar dan steviger en kruidiger.
Ze worden traditioneel gegeten op goede vrijdag, vooral in het Verenigd Koninkrijk, Ierland, Australie, India, Canada, Nieuw Zeeland, Zuid-Afrika en in sommige delen van Amerika. Het broodje markeert het eind van de veertigdagentijd, de vastentijd voor pasen. Het kruis verwijst dan naar de kruisiging van Jezus op goede vrijdag, en de specerijen naar de balseming van zijn lichaam. Maar er zijn ook theorieën dat kruisbroodjes al zo oud zijn als de weg naar Rome, en naar de jaargetijden verwijzen.
Hot cross buns zijn qua verkrijgbaarheid net zo irritant als de Nederlandse paaseitjes: ze komen al op de markt zodra kerst voorbij is.
Maar toen ik had besloten dat ik hot cross buns wilde maken en erover bloggen, moest ik nog wel een recept vinden in mijn kookboeken. Knipsels heb ik wel in mijn mappen, maar dat telt niet :-)
Ik heb serieus alle registers van al mijn bakboeken gecheckt! Het lastige is dat je moet checken op hot cross, op kruisbroodjes, op paasbroodjes - en dan nog mis je obscure vertalingen van het recept.
Uiteindelijk vond ik een werkbaar recept (voor pittige paasbroodjes!) in het broodmachine bakboek van Jennie Shapter. Wij hebben jaren een broodbakmachine van de Aldi gehad, verschillende na elkaar zelfs, maar nu de laatste kapot is gegaan, zijn we overgestapt op brood kneden met de staande mixer.
Maar gelukkig is dat geen probleem: elk brooddeeg kun je ook zonder machine maken. Het recept werkte uitstekend!
Het broodmachine bakboek is een groot, dik boek, met vreselijk veel recepten. Ze zijn ingedeeld in:
standaardbroden, speciale granen, platte broden en pizza, zuurdesem en zetsel, hartige broden, groentebroden, broodjes en luxebroodjes, zoete broden en gistcakes, en tenslotte teabread en cake.
Het is echt erg compleet, en de recepten zijn me altijd goed bevallen. Het partybrood (allemaal bolletjes tot 1 brood) bijvoorbeeld heb ik tientallen keren gemaakt. Overigens wordt de broodmachine in het grootste deel van de recepten vooral gebruikt als kneed- en rijs-hulp.
Wat ik altijd leuk vond, is dat er van die typische broodbakmachine-dingen in staan, zoals variaties groot-middelgroot-klein met bijbehorende hoeveelheden.
De eerste paar tientallen bladzijden behandelen de theorie van brood bakken en de broodmachine, inclusief troubleshooting.
Het broodmachine bakboek van Jennie Shapter is in 2002 uitgegeven door Veltman Uitgevers met ISBN 9789059209862. Het is tweedehands goed en voordelig verkrijgbaar.
Hot cross buns
voor 12 broodjes
Nodig:
210 ml melk
1 ei
450 gram bloem
1 1/2 theelepel vijfkruidenpoeder
1/2 theelepel kaneel
1/2 theelepel zout
50 gram poedersuiker
50 gram boter
1 1/2 theelepel instantgist
75 gram krenten
25 gram rozijnen
25 gram sukade *
voor de deegkruisen:
50 gram tarwebloem
25 gram margarine (harde roomboter is ook prima)
voor het glazuur:
2 eetlepels melk
25 gram poedersuiker
(Het recept is uitgeschreven voor de broodbakmachine, maar makkelijk aan te passen naar handwerk. Kneed het deeg een minuut of tien, laat het verdubbelen, vorm broodjes, laat die weer verdubbelen, en bak ze net als hieronder.)
1. Schenk de melk in de broodvorm, breek het ei erboven.
2. Strooi de bloem er zo op dat hij de vloeistof bedekt. Strooi vijfkruidenpoeder en kaneel erover. Voeg zout, suiker en boter in aparte hoeken toe. Maak een kuiltje in het midden en doe daar de gist in, zonder de melk te raken.
3. Zet de machine op deegstand, waar mogelijk op de stand "vruchten en noten". Druk op start. Bestrijk twee bakplaten met wat olie.
(Even tussendoor: ik heb de broodjes in een rechthoekige vorm (20x32) gebakken, zodat ze tegen elkaar aan rezen. Zo kon ik ze ook in een keer in de oven krijgen.)
4. Voeg als de machine een piepsignaal geeft of vijf minuten voor het eind van de deegcyclus de zuidvruchten en sukade toe.
5. Haal het deeg na het kneden uit de machine en leg het op een licht met bloem bestoven werkvlak. Druk voorzichtig de lucht eruit en verdeel het deeg in 12 gelijke stukken. Maak van elk stuk een balletje en leg de balletjes op de bakplaten. Bedek ze met ingevet plasticfolie en laat ze 30-45 minuten rijzen tot bijna dubbele omvang.
6. Verwarm de oven intussen voor op 200 graden en maak het deeg voor de kruisen: wrijf de bloem en de margarine tot een kruimelige massa, en voeg precies genoeg water toe om er een dun deeg van te maken dat je kunt spuiten met een spuitzakje.
7. Schep het deeg in een spuitzak met een heel klein, glad mondje, en spuit op elk broodje een kruis. (Dit kan ook met een diepvrieszakje waar je een heel klein puntje af knipt.) Bak de broodjes 15-18 minuten goudbruin. (Ik had 20 minuten nodig voor ze bruin werden.)
Verhit intussen de melk en suiker voor het glazuur in een klein pannetje. Roer goed zodat de suiker goed oplost. Bestrijk de broodjes zodra ze uit de oven komen met het glazuur, stort ze op een rooster en serveer ze warm of koud.
* Sukade is de gekonfijte cedervrucht. Ik houd er helemaal niet van en laat het dus gewoon weg.
Banoffee pie - Kast vol kookboeken #29
Klik hier om meer te lezen over het project "Mijn kast vol kookboeken".
Laat je niet voor de gek houden door de titel van dit mooie boek: "Lekker hartig". De gerechten zijn weliswaar lekker, maar slechts de helft is hartig. De oorspronkelijke Engelse versie heet dan ook "pastries and breads" en dat is heel wat anders. Pastry is gewoon gebak, of het nou zoet of hartig is.
Het boek "Lekker hartig" is geschreven door de Australische Jane Paula Wynn Price. Dat staat om een of andere reden niet in mijn Nederlandse uitgave, maar ik heb het op internet gevonden. Het boek is in 2007 uitgegeven in de serie "Kitchen Classics" door Murdoch Books. De oorspronkelijke uitgave is heel zeldzaam en er wordt veel geld voor betaald. De Nederlandse vertaling is uitgegeven door De Lantaarn, ISBN 9789054264453 en 978905426437. Hij is nieuw niet meer te koop, maar tweedehands voor een paar euro, bijvoorbeeld bij boekwinkeltjes.nl.
Lekker hartig is een standaardwerk voor gebak en brood. Verwacht recepten voor taarten, quiches, flans, pasteien, broden en pizza's. Elk recept heeft een paginavullende kleurenfoto om bij te watertanden. Er staan geen verhandelingen in over technieken en ingrediënten, gewoon alleen recepten, een stuk of 120. Wel een register, trouwens.
De recepten zijn uitstekend uitgeschreven, maar ze bevatten nauwelijks tips of variaties.
Eigenwijs als ik ben, heb ik een zoet recept gekozen om te bakken uit dit "hartig-boek": banoffee pie. Dat wilde ik al lang een keer maken, maar bij ons thuis kan niet iedereen het waarderen als ik met banaan bak. Dit recept bevat echter verse banaan, en dat helpt.
Banoffee is een porte-manteau-woord. Dat is een woord dat expres is samengesteld uit meerdere woorden, die allemaal bijdragen aan de betekenis van het nieuwe woord. Wij noemen dat mengwoord, vlechtwoord of kofferwoord. (Koffer?? Ja, porte-manteau is een tweevakskoffer.)
Bekende voorbeelden zijn brexit, brunch, malware, smog en webinar. Als je dit net zo leuk vindt als ik, kijk dan even hier op wikipedia voor meer uitleg over de etymologie.
De meeste mengwoorden voor recepten klinken niet zo mooi, maar wat dat je van speculadekoekjes? Een nieuw woord voor chocoladekruidnoten :-)
Maar banoffee is dus samengesteld uit banana en toffee, net als de pie zelf. Het recept is vijftig jaar geleden ontwikkeld bij The Hungry Monk, een restaurant in East Sussex, in Engeland. Die geschiedenis kun je hier lezen. Nu roepen Australiërs en Amerikanen om het hardst dat het "typisch Australisch / typisch Amerikaans" is, maar dan weet je even dat dat niet waar is :-)
Banoffee pie
Voor 8 of 10 personen
Nodig voor het deeg:
150 gram bloem
2 eetlepels poedersuiker
85 gram gemalen walnoten (of andere noten)
80 gram koude roomboter (ongezouten, kleine blokjes)
2-3 eetlepels ijskoud water
(en ik vind altijd dat er wat zout in de bodem moet)
Nodig voor de vulling:
400 gram gecondenseerde melk (een blikje)
30 gram roomboter (ongezouten)
1 eetlepel golden syrup (of andere lichte stroop)
4 bananen (mooi rijp, niet overrijp)
3,75 dl slagroom
(en ik vind dat er een zakje vanillesuiker in de slagroom moet)
50 gram pure (smelt-)chocola
En verder:
- een 22 cm vorm, liefst een quichevorm, maar een springvorm is ook prima. Ik heb zelfs een boterkoekvorm gebruikt, zo één met een draaibare arm.
- en blindbakvulling (bijvoorbeeld gedroogde bruine bonen)
Werkwijze:
Zeef voor het walnotendeeg de bloem (, het zout) en de poedersuiker boven een grote kom. Voeg de gemalen walnoten toe. Wrijf met uw vingers de boter erdoor tot er fijne kruimels ontstaan. Voeg het ijswater toe en maak snijbewegingen met een groot, glad mes tot er grove kruimels ontstaan. Voeg meer water toe als het deeg te droog is. Leg het deeg op een met bloem bestoven werkvlak en vorm er een bal van. Wikkel het deeg in plasticfolie en leg het 15 minuten in de koelkast. Rol het deeg uit tot een cirkel en bekleed bodem en zijkanten van de vorm ermee. Zet in de koelkast.
Verwarm de oven voor op 180 graden Celsius. Leg bakpapier op het deeg en doe er steunvulling in. Bak hem 15 minuten, verwijder het papier en de steunvulling, en bak de bodem nog 10 minuten, of tot hij lichtbruin is.
Laat hem helemaal afkoelen, in de vorm.
Doe voor de vulling de gecondenseerde melk, boter en golden syrup in een kleine pan met een dikke bodem. Breng het mengsel op laag vuur aan de kook, en blijf steeds roeren. Laat het 5 minuten zachtjes koken, blijf roeren. Het wordt dik en karamelkleurig.
Laat de vulling iets afkoelen, snijd ondertussen drie bananen in plakjes en schik die op de bodem. Giet de karamel er overheen. Strijk glad en zet koud, een half uur of meer.
Klop de slagroom stijf (met het zakje vanillesuiker) en spuit of schep die op de karamel. Garneer met plakjes van de vierde banaan. Besprenkel met gesmolten chocola.
Van begin tot einde moet je zeker zo'n 2 1/2 uur rekenen voor deze taart. Dat is inclusief een paar keer koelen. Zet de taart in de koelkast tot je hem op gaat eten.
En, was het lekker?
Ik vond deze taart heel erg lekker. Sowieso houd ik van banaan in gebak*, maar dit was een heel romig geheel, en een echte smaakexplosie. Zorg wel dat de bodem goed gaar is en wat zout bevat, en dat de slagroom een beetje gezoet is. Volledig koud is de taart het allerlekkerst.
* Ik heb vijf jaar geleden bijvoorbeeld "Roasted banana cinnamon buns with maple glaze" gemaakt. Om je vingers bij op te eten! Klik hier voor mijn blog erover.
Laat je niet voor de gek houden door de titel van dit mooie boek: "Lekker hartig". De gerechten zijn weliswaar lekker, maar slechts de helft is hartig. De oorspronkelijke Engelse versie heet dan ook "pastries and breads" en dat is heel wat anders. Pastry is gewoon gebak, of het nou zoet of hartig is.
Het boek "Lekker hartig" is geschreven door de Australische Jane Paula Wynn Price. Dat staat om een of andere reden niet in mijn Nederlandse uitgave, maar ik heb het op internet gevonden. Het boek is in 2007 uitgegeven in de serie "Kitchen Classics" door Murdoch Books. De oorspronkelijke uitgave is heel zeldzaam en er wordt veel geld voor betaald. De Nederlandse vertaling is uitgegeven door De Lantaarn, ISBN 9789054264453 en 978905426437. Hij is nieuw niet meer te koop, maar tweedehands voor een paar euro, bijvoorbeeld bij boekwinkeltjes.nl.
Lekker hartig is een standaardwerk voor gebak en brood. Verwacht recepten voor taarten, quiches, flans, pasteien, broden en pizza's. Elk recept heeft een paginavullende kleurenfoto om bij te watertanden. Er staan geen verhandelingen in over technieken en ingrediënten, gewoon alleen recepten, een stuk of 120. Wel een register, trouwens.
De recepten zijn uitstekend uitgeschreven, maar ze bevatten nauwelijks tips of variaties.
Eigenwijs als ik ben, heb ik een zoet recept gekozen om te bakken uit dit "hartig-boek": banoffee pie. Dat wilde ik al lang een keer maken, maar bij ons thuis kan niet iedereen het waarderen als ik met banaan bak. Dit recept bevat echter verse banaan, en dat helpt.
Banoffee is een porte-manteau-woord. Dat is een woord dat expres is samengesteld uit meerdere woorden, die allemaal bijdragen aan de betekenis van het nieuwe woord. Wij noemen dat mengwoord, vlechtwoord of kofferwoord. (Koffer?? Ja, porte-manteau is een tweevakskoffer.)
Bekende voorbeelden zijn brexit, brunch, malware, smog en webinar. Als je dit net zo leuk vindt als ik, kijk dan even hier op wikipedia voor meer uitleg over de etymologie.
De meeste mengwoorden voor recepten klinken niet zo mooi, maar wat dat je van speculadekoekjes? Een nieuw woord voor chocoladekruidnoten :-)
Maar banoffee is dus samengesteld uit banana en toffee, net als de pie zelf. Het recept is vijftig jaar geleden ontwikkeld bij The Hungry Monk, een restaurant in East Sussex, in Engeland. Die geschiedenis kun je hier lezen. Nu roepen Australiërs en Amerikanen om het hardst dat het "typisch Australisch / typisch Amerikaans" is, maar dan weet je even dat dat niet waar is :-)
Banoffee pie
Voor 8 of 10 personen
Nodig voor het deeg:
150 gram bloem
2 eetlepels poedersuiker
85 gram gemalen walnoten (of andere noten)
80 gram koude roomboter (ongezouten, kleine blokjes)
2-3 eetlepels ijskoud water
(en ik vind altijd dat er wat zout in de bodem moet)
Nodig voor de vulling:
400 gram gecondenseerde melk (een blikje)
30 gram roomboter (ongezouten)
1 eetlepel golden syrup (of andere lichte stroop)
4 bananen (mooi rijp, niet overrijp)
3,75 dl slagroom
(en ik vind dat er een zakje vanillesuiker in de slagroom moet)
50 gram pure (smelt-)chocola
En verder:
- een 22 cm vorm, liefst een quichevorm, maar een springvorm is ook prima. Ik heb zelfs een boterkoekvorm gebruikt, zo één met een draaibare arm.
- en blindbakvulling (bijvoorbeeld gedroogde bruine bonen)
Werkwijze:
Zeef voor het walnotendeeg de bloem (, het zout) en de poedersuiker boven een grote kom. Voeg de gemalen walnoten toe. Wrijf met uw vingers de boter erdoor tot er fijne kruimels ontstaan. Voeg het ijswater toe en maak snijbewegingen met een groot, glad mes tot er grove kruimels ontstaan. Voeg meer water toe als het deeg te droog is. Leg het deeg op een met bloem bestoven werkvlak en vorm er een bal van. Wikkel het deeg in plasticfolie en leg het 15 minuten in de koelkast. Rol het deeg uit tot een cirkel en bekleed bodem en zijkanten van de vorm ermee. Zet in de koelkast.
Verwarm de oven voor op 180 graden Celsius. Leg bakpapier op het deeg en doe er steunvulling in. Bak hem 15 minuten, verwijder het papier en de steunvulling, en bak de bodem nog 10 minuten, of tot hij lichtbruin is.
Laat hem helemaal afkoelen, in de vorm.
Doe voor de vulling de gecondenseerde melk, boter en golden syrup in een kleine pan met een dikke bodem. Breng het mengsel op laag vuur aan de kook, en blijf steeds roeren. Laat het 5 minuten zachtjes koken, blijf roeren. Het wordt dik en karamelkleurig.
Laat de vulling iets afkoelen, snijd ondertussen drie bananen in plakjes en schik die op de bodem. Giet de karamel er overheen. Strijk glad en zet koud, een half uur of meer.
Klop de slagroom stijf (met het zakje vanillesuiker) en spuit of schep die op de karamel. Garneer met plakjes van de vierde banaan. Besprenkel met gesmolten chocola.
Van begin tot einde moet je zeker zo'n 2 1/2 uur rekenen voor deze taart. Dat is inclusief een paar keer koelen. Zet de taart in de koelkast tot je hem op gaat eten.
En, was het lekker?
Ik vond deze taart heel erg lekker. Sowieso houd ik van banaan in gebak*, maar dit was een heel romig geheel, en een echte smaakexplosie. Zorg wel dat de bodem goed gaar is en wat zout bevat, en dat de slagroom een beetje gezoet is. Volledig koud is de taart het allerlekkerst.
* Ik heb vijf jaar geleden bijvoorbeeld "Roasted banana cinnamon buns with maple glaze" gemaakt. Om je vingers bij op te eten! Klik hier voor mijn blog erover.
14 april 2019
Kruidige plaatcake met pecannoten - kast vol kookboeken 28
Voor de achtergrond van het project "Mijn kast vol kookboeken klik je hier.
Wat is het verschil tussen "a cookie" en "a biscuit"? Dat hangt ervan af of je Amerikaans of Brits Engels spreekt. In Amerika zijn alle koekjes cookie. In Engeland zijn sommige koekjes biscuit en sommige cookie. En een biscuit in Amerika, dat is wat Engelsen scones noemen.
Biscuit is qua oorsprong verwant aan ons beschuit - het betekent tweemaal gebakken. Maar een biscuit is niet tweemaal gebakken, het is gewoon een droog koekje. Biscotti daarentegen, Italiaanse koekjes, worden wel degelijk tweemaal gebakken. Volg je het nog?
Dit soort fijngevoeligheden maken het een vak apart om een bakboek te vertalen. Zeker als dat boekje "Cookies, biscuits en biscotti" heet, en door een Britse schrijfster is geschreven. Als je dat vertaalt als "koekjes, biscuit en beschuit", dan belooft dat niet veel goeds. En inderdaad, tijdens het bakken moet je tussen de vertaalfouten door lezen. Dat maakt het ongeschikt voor een beginnend bakker.
Ik heb geen idee hoe ik aan dit boekje kom. Eigenlijk had ik hem in het Engels moeten kopen, want er staan wel degelijk heel leuke Britse recepten in. Als je wat bakervaring hebt, herken je lemon bars, chocolate shortbread, peanut butter jelly cookies en almond biscotti. Totaal 32 lekkere recepten met mooie foto's.
Het is maar een klein boekje, in 1998 uitgegeven in de serie Fijnproevers, door Bosch en Keuning, ISBN 9024604362. Het is niet meer nieuw te koop, wel tweedehands.
Verschillende deeltjes uit deze serie zijn oorspronkelijk in het Engels geschreven door Linda Collister, en een kleine zoekactie leert dat dit een ervaren kok is, geschoold in Parijs en Londen. Ze is ook de auteur van de boeken die uitgegeven zijn rond The Great British Bake Off. Dus aan haar recepten zal het niet liggen! Ze zijn alleen duidelijk niet vertaald door iemand die verstand van bakken heeft.
Het recept dat ik gekozen heb voor deze recensie, is "pikante pecanrepen". Ik denk dat er in het Engels "spiced pecan crumble bars" heeft gestaan, want dat is een bekend recept uit de zuidelijke Verenigde Staten. Daarin worden traditioneel pumpkin spices (pompoenspecerijen) gebruikt, die erg lijken op onze speculaaskruiden. Het verschil is vooral dat speculaaskruiden wat zoeter zijn, door de kardemom, koriander en anijs.
De engelse "bars" worden vaak vertaald met "repen", maar het gaat gewoon om blokjes plaatkoek. Daarom heet mijn blog "kruidige plaatcake met pecannoten". Dat verdient ook geen schoonheidsprijs, maar het dekt in ieder geval de lading, en, ook heel belangrijk, het is vindbaar met een zoekmachine als iemand op pecannoten zoekt :-)
Kruidige plaatcake met pecannoten
Voor 10-15 stukken
Het recept hieronder is in mijn eigen woorden, niet die van het boek.
Nodig voor de cake:
90 gram ongezouten roomboter op kamertemperatuur
3 eetlepels lichte stroop (maar elke neutrale suikerstroop werkt)
1 groot ei
180 gram zelfrijzend bakmeel
snufje zout
1/4 theelepel nootmuskaatpoeder
1/2 theelepel speculaaskruiden (of eigenlijk pumpkin spices)
1/2 theelepel kaneelpoeder
1/4 theelepel gemberpoeder
90 gram gemalen pecannoten
1 1/2 eetlepel melk
Nodig voor de toplaag:
2 eetlepels bloem
2 eetlepels basterdsuiker
1/4 theelepel nootmuskaat
1/4 theelepel gemberpoeder
30 gram ongezouten roomboter, koud, in kleine blokjes
30 gram pecannoten in grove stukken
Verder nodig:
bakvorm met een oppervlakte van ongeveer 400 vierkante centimeter, bijv. 20 bij 20 cm, ingevet en eventueel met bakpapier bekleed, zoals Rutger hier instrueert.
Verwarm de oven voor op 180 graden Celsius.
Klop met een mixer de 90 gram boter licht en romig.
Klop er de stroop door.
Klop het ei er in vier delen door.
Zeef zelfrijzend bakmeel met zout, nootmuskaat, speculaaskruiden, kaneel en gember boven het mengsel.
Voeg ook gemalen pecannoten en melk toe, en roer goed door elkaar.
Schep in de vorm en strijk glad. Als het lastig gaat, gebruik dan de achterkant van een lepel, die je natmaakt met melk. Of natte handen.
Voor de toplaag:
Meng bloem met suiker, nootmuskaat en gember.
Voeg de klontjes koude boter toe en werk die er snel met de vingertoppen door, tot er klontjes ontstaan. Ga niet te lang door, dan wordt het gewoon deeg.
Meng ook de 30 gram pecannoten erdoor.
Verdeel dit over het oppervlak van de cake, in kleine klontjes.
Bak 25-30 minuten op 180 graden Celsius, tot de cake stevig aanvoelt en mooi bruin is.
Neem de cake met papier en al uit de vorm en laat afkoelen op een rooster. Snijd dan in 15 stukken.
Bewaar wat overblijft in een luchtdichte trommel. Binnen een week opeten, of maximaal een maand in de vriezer.
En, was het lekker? Nou... de kruimels waren heel lekker zoet en knapperig, maar de cake mocht wel wat zoeter en was echt te droog. Als ik hem nog eens zou maken, zou ik hem minder lang bakken en misschien wat dikker maken. Of in het begin al wat meer melk toevoegen, want het deeg/beslag was best dik, dikker dan ik gewend ben met cake
Wat is het verschil tussen "a cookie" en "a biscuit"? Dat hangt ervan af of je Amerikaans of Brits Engels spreekt. In Amerika zijn alle koekjes cookie. In Engeland zijn sommige koekjes biscuit en sommige cookie. En een biscuit in Amerika, dat is wat Engelsen scones noemen.
Biscuit is qua oorsprong verwant aan ons beschuit - het betekent tweemaal gebakken. Maar een biscuit is niet tweemaal gebakken, het is gewoon een droog koekje. Biscotti daarentegen, Italiaanse koekjes, worden wel degelijk tweemaal gebakken. Volg je het nog?
Dit soort fijngevoeligheden maken het een vak apart om een bakboek te vertalen. Zeker als dat boekje "Cookies, biscuits en biscotti" heet, en door een Britse schrijfster is geschreven. Als je dat vertaalt als "koekjes, biscuit en beschuit", dan belooft dat niet veel goeds. En inderdaad, tijdens het bakken moet je tussen de vertaalfouten door lezen. Dat maakt het ongeschikt voor een beginnend bakker.
Ik heb geen idee hoe ik aan dit boekje kom. Eigenlijk had ik hem in het Engels moeten kopen, want er staan wel degelijk heel leuke Britse recepten in. Als je wat bakervaring hebt, herken je lemon bars, chocolate shortbread, peanut butter jelly cookies en almond biscotti. Totaal 32 lekkere recepten met mooie foto's.
Het is maar een klein boekje, in 1998 uitgegeven in de serie Fijnproevers, door Bosch en Keuning, ISBN 9024604362. Het is niet meer nieuw te koop, wel tweedehands.
Verschillende deeltjes uit deze serie zijn oorspronkelijk in het Engels geschreven door Linda Collister, en een kleine zoekactie leert dat dit een ervaren kok is, geschoold in Parijs en Londen. Ze is ook de auteur van de boeken die uitgegeven zijn rond The Great British Bake Off. Dus aan haar recepten zal het niet liggen! Ze zijn alleen duidelijk niet vertaald door iemand die verstand van bakken heeft.
Het recept dat ik gekozen heb voor deze recensie, is "pikante pecanrepen". Ik denk dat er in het Engels "spiced pecan crumble bars" heeft gestaan, want dat is een bekend recept uit de zuidelijke Verenigde Staten. Daarin worden traditioneel pumpkin spices (pompoenspecerijen) gebruikt, die erg lijken op onze speculaaskruiden. Het verschil is vooral dat speculaaskruiden wat zoeter zijn, door de kardemom, koriander en anijs.
De engelse "bars" worden vaak vertaald met "repen", maar het gaat gewoon om blokjes plaatkoek. Daarom heet mijn blog "kruidige plaatcake met pecannoten". Dat verdient ook geen schoonheidsprijs, maar het dekt in ieder geval de lading, en, ook heel belangrijk, het is vindbaar met een zoekmachine als iemand op pecannoten zoekt :-)
Kruidige plaatcake met pecannoten
Voor 10-15 stukken
Het recept hieronder is in mijn eigen woorden, niet die van het boek.
Nodig voor de cake:
90 gram ongezouten roomboter op kamertemperatuur
3 eetlepels lichte stroop (maar elke neutrale suikerstroop werkt)
1 groot ei
180 gram zelfrijzend bakmeel
snufje zout
1/4 theelepel nootmuskaatpoeder
1/2 theelepel speculaaskruiden (of eigenlijk pumpkin spices)
1/2 theelepel kaneelpoeder
1/4 theelepel gemberpoeder
90 gram gemalen pecannoten
1 1/2 eetlepel melk
Nodig voor de toplaag:
2 eetlepels bloem
2 eetlepels basterdsuiker
1/4 theelepel nootmuskaat
1/4 theelepel gemberpoeder
30 gram ongezouten roomboter, koud, in kleine blokjes
30 gram pecannoten in grove stukken
Verder nodig:
bakvorm met een oppervlakte van ongeveer 400 vierkante centimeter, bijv. 20 bij 20 cm, ingevet en eventueel met bakpapier bekleed, zoals Rutger hier instrueert.
Verwarm de oven voor op 180 graden Celsius.
Klop met een mixer de 90 gram boter licht en romig.
Klop er de stroop door.
Klop het ei er in vier delen door.
Zeef zelfrijzend bakmeel met zout, nootmuskaat, speculaaskruiden, kaneel en gember boven het mengsel.
Voeg ook gemalen pecannoten en melk toe, en roer goed door elkaar.
Schep in de vorm en strijk glad. Als het lastig gaat, gebruik dan de achterkant van een lepel, die je natmaakt met melk. Of natte handen.
Voor de toplaag:
Meng bloem met suiker, nootmuskaat en gember.
Voeg de klontjes koude boter toe en werk die er snel met de vingertoppen door, tot er klontjes ontstaan. Ga niet te lang door, dan wordt het gewoon deeg.
Meng ook de 30 gram pecannoten erdoor.
Verdeel dit over het oppervlak van de cake, in kleine klontjes.
Bak 25-30 minuten op 180 graden Celsius, tot de cake stevig aanvoelt en mooi bruin is.
Neem de cake met papier en al uit de vorm en laat afkoelen op een rooster. Snijd dan in 15 stukken.
Bewaar wat overblijft in een luchtdichte trommel. Binnen een week opeten, of maximaal een maand in de vriezer.
En, was het lekker? Nou... de kruimels waren heel lekker zoet en knapperig, maar de cake mocht wel wat zoeter en was echt te droog. Als ik hem nog eens zou maken, zou ik hem minder lang bakken en misschien wat dikker maken. Of in het begin al wat meer melk toevoegen, want het deeg/beslag was best dik, dikker dan ik gewend ben met cake
7 april 2019
Cappuccinotaart - Kast vol kookboeken 27
Voor de achtergrond van het project "Mijn Kast vol Kookboeken" klik je hier.
Afgelopen vrijdag moest ik 's middags voor een vergadering in Amsterdam zijn. Toevallig las ik die week in een oud nummer van Delicious! magazine een artikel over de Kookboekhandel van Jonah Freud in Amsterdam - dus raad eens waar ik vrijdagmorgen ben geweest!
De kookboekhandel is net zo oud als ik, sinds 1977. Begonnen op de Runstraat in Amsterdam, en sinds 2007 in een eigen pand op de Haarlemmerdijk. Jonah Freud is de eigenaresse, en daarnaast is ze culinair journaliste en schrijft ze ook zelf kookboeken.
Ik kwam er tot mijn verbazing achter dat ze de schrijfster is van twee van mijn favoriete kookboeken: "De banketbakker" en "Koekje", allebei in samenwerking met banketbakker Cees Holtkamp.
De kookboekhandel is niet groot, maar er staan honderden verschillende kookboeken, in tientallen categorieën verdeeld. Het was heerlijk om ertussen te snuffelen en er een heleboel door te bladeren. Natuurlijk stonden er heel veel boeken die ik ook heb staan in Mijn Kast vol Kookboeken.
En ja, ik heb een nieuwe aanwinst: "Mary Berry's bakbijbel". Een prachtig boek, ik ben er heel blij mee. Ik vond hem bijna gelijk, maar ik heb voor de zekerheid alle boeken bekeken voor ik een keus maakte. Het is vanwege de paperbackversie een voordelige keus (20 euro), terwijl de schrijfster garant staat voor de goede kwaliteit van de recepten.
Mary Berry is een lieve oude Britse dame, uiterst beschaafd en met een afkeer van Jamie Oliver en Gordon Ramsay. Ze jureerde tot 2016 samen met Paul Hollywood het prachtige tv-programma "The Great British Bake off" van de BBC. Zij was van de zoetigheid, hij van het brood.
Mary Berry heeft meer dan 70 kookboeken geschreven, en ze wordt "the queen of Victorian sponge" genoemd. Haar Bakbijbel is een verzameling van 250 klassieke recepten, met een Engelse achtergrond. Van Battenburg cake tot gemberkoek en van scones tot walnotengebak. En een heel hoofdstuk met chocoladetaarten!
De recepten zijn duidelijk geschreven en goed vertaald. Er staan vaak handige tips bij. Als enige nadeel zou ik willen noemen dat er niet van elk recept een foto in staat, ik denk van ongeveer de helft. Ik begrijp die keus niet zo goed - doe er dan een klein fotootje bij, zou ik zeggen.
Het recensierecept dat ik heb gekozen, is "cappuccinotaart". Twee lagen chocoladecake en twee lagen koffieslagroom. Heel eenvoudig, niet veel werk, maar heel erg lekker. En omdat ik niet zo'n ster ben met cake, ben ik heel blij dat het cakerecept mooie lagen opleverde.
(Wie mij in de keuken een echt goede, smeuiige, gewone cake leert bakken, zonder cakemix, die niet instort en niet breekt bij het storten, krijgt een beloning!)
Deze taart wordt gemaakt met twee 20cm-springvormen. Ik heb die niet, dus ik heb 24cm-vormen gebruikt (die hebben een binnenmaat van 23 cm) en het recept met 1/3 vergroot. Daardoor had ik een iets langere baktijd, maar de prikkertest geeft precies aan wanneer hij gaar is: als een sateprikker schoon uit het midden van de taart komt, is hij gaar. Hieronder staat het originele recept voor 20 cm.
Dit heb je nodig voor de cake:
50 gram cacao
6 eetlepels kokend water
3 grote eieren
50 ml melk
175 gram zelfrijzend bakmeel
1 volle theelepel bakpoeder
100 gram roomboter op kamertemperatuur
275 gram fijne kristalsuiker
voor de vulling:
300 ml slagroom
1 theelepel instantkoffie, opgelost in 2 theelepels heet water, en weer afgekoeld
gezoete of ongezoete cacao om te bestuiven
(en ik doe er zelf nog een zakje slagroomversteviger en een zakje vanillesuiker door)
Werkwijze:
1. Verwarm de oven voor op 160°C. Vet twee ronde springvormen met een diameter van 20 cm in en bedek de bodem van elke bakvorm met bakpapier.
2. Doe de cacao in een grote kom, voeg het kokende water toe en roer het mengsel tot het een pasta vormt. (Dit ruikt heerlijk!) Voeg de resterende cake-ingredienten toe en klop het geheel door elkaar. Het wordt een vrij dik cakebeslag. (Pas op dat je het niet te lang klopt!)
3. Verdeel het beslag over de bakvormen en strijk het voorzichtig glad. Bak de cakes 25-30 minuten (bij mij 35 minuten ivm de grotere vorm) tot ze goed gerezen zijn en loskomen van de zijkanten van de bakvorm. Laat ze een paar minuten in de bakvorm zitten. (Maar ik snijd dan wel zo nodig de randjes los, zodat de rand niet afbreekt bij het krimpen.) Haal ze dan uit de vorm, verwijder het bakpapier en laat ze afkoelen op een fijn rooster.
4. Maak de taart: klop de slagroom tot hij net zijn vorm houdt en roer de opgeloste koffie erdoor. Smeer de helft op de onderste cakelaag en de andere helft op de bovenste. Strijk het oppervlak glad met een glaceermes en bestuif de taart met cacao.
Eet smakelijk!
Mary Berry's Bakbijbel
Karakter Uitgevers B.V. 2018
ISBN 9789045215563
Afgelopen vrijdag moest ik 's middags voor een vergadering in Amsterdam zijn. Toevallig las ik die week in een oud nummer van Delicious! magazine een artikel over de Kookboekhandel van Jonah Freud in Amsterdam - dus raad eens waar ik vrijdagmorgen ben geweest!
De kookboekhandel is net zo oud als ik, sinds 1977. Begonnen op de Runstraat in Amsterdam, en sinds 2007 in een eigen pand op de Haarlemmerdijk. Jonah Freud is de eigenaresse, en daarnaast is ze culinair journaliste en schrijft ze ook zelf kookboeken.
Ik kwam er tot mijn verbazing achter dat ze de schrijfster is van twee van mijn favoriete kookboeken: "De banketbakker" en "Koekje", allebei in samenwerking met banketbakker Cees Holtkamp.
De kookboekhandel is niet groot, maar er staan honderden verschillende kookboeken, in tientallen categorieën verdeeld. Het was heerlijk om ertussen te snuffelen en er een heleboel door te bladeren. Natuurlijk stonden er heel veel boeken die ik ook heb staan in Mijn Kast vol Kookboeken.
En ja, ik heb een nieuwe aanwinst: "Mary Berry's bakbijbel". Een prachtig boek, ik ben er heel blij mee. Ik vond hem bijna gelijk, maar ik heb voor de zekerheid alle boeken bekeken voor ik een keus maakte. Het is vanwege de paperbackversie een voordelige keus (20 euro), terwijl de schrijfster garant staat voor de goede kwaliteit van de recepten.
Mary Berry is een lieve oude Britse dame, uiterst beschaafd en met een afkeer van Jamie Oliver en Gordon Ramsay. Ze jureerde tot 2016 samen met Paul Hollywood het prachtige tv-programma "The Great British Bake off" van de BBC. Zij was van de zoetigheid, hij van het brood.
Mary Berry heeft meer dan 70 kookboeken geschreven, en ze wordt "the queen of Victorian sponge" genoemd. Haar Bakbijbel is een verzameling van 250 klassieke recepten, met een Engelse achtergrond. Van Battenburg cake tot gemberkoek en van scones tot walnotengebak. En een heel hoofdstuk met chocoladetaarten!
De recepten zijn duidelijk geschreven en goed vertaald. Er staan vaak handige tips bij. Als enige nadeel zou ik willen noemen dat er niet van elk recept een foto in staat, ik denk van ongeveer de helft. Ik begrijp die keus niet zo goed - doe er dan een klein fotootje bij, zou ik zeggen.
Het recensierecept dat ik heb gekozen, is "cappuccinotaart". Twee lagen chocoladecake en twee lagen koffieslagroom. Heel eenvoudig, niet veel werk, maar heel erg lekker. En omdat ik niet zo'n ster ben met cake, ben ik heel blij dat het cakerecept mooie lagen opleverde.
(Wie mij in de keuken een echt goede, smeuiige, gewone cake leert bakken, zonder cakemix, die niet instort en niet breekt bij het storten, krijgt een beloning!)
Cappuccinotaart
Deze taart wordt gemaakt met twee 20cm-springvormen. Ik heb die niet, dus ik heb 24cm-vormen gebruikt (die hebben een binnenmaat van 23 cm) en het recept met 1/3 vergroot. Daardoor had ik een iets langere baktijd, maar de prikkertest geeft precies aan wanneer hij gaar is: als een sateprikker schoon uit het midden van de taart komt, is hij gaar. Hieronder staat het originele recept voor 20 cm.
Dit heb je nodig voor de cake:
50 gram cacao
6 eetlepels kokend water
3 grote eieren
50 ml melk
175 gram zelfrijzend bakmeel
1 volle theelepel bakpoeder
100 gram roomboter op kamertemperatuur
275 gram fijne kristalsuiker
voor de vulling:
300 ml slagroom
1 theelepel instantkoffie, opgelost in 2 theelepels heet water, en weer afgekoeld
gezoete of ongezoete cacao om te bestuiven
(en ik doe er zelf nog een zakje slagroomversteviger en een zakje vanillesuiker door)
Werkwijze:
1. Verwarm de oven voor op 160°C. Vet twee ronde springvormen met een diameter van 20 cm in en bedek de bodem van elke bakvorm met bakpapier.
2. Doe de cacao in een grote kom, voeg het kokende water toe en roer het mengsel tot het een pasta vormt. (Dit ruikt heerlijk!) Voeg de resterende cake-ingredienten toe en klop het geheel door elkaar. Het wordt een vrij dik cakebeslag. (Pas op dat je het niet te lang klopt!)
3. Verdeel het beslag over de bakvormen en strijk het voorzichtig glad. Bak de cakes 25-30 minuten (bij mij 35 minuten ivm de grotere vorm) tot ze goed gerezen zijn en loskomen van de zijkanten van de bakvorm. Laat ze een paar minuten in de bakvorm zitten. (Maar ik snijd dan wel zo nodig de randjes los, zodat de rand niet afbreekt bij het krimpen.) Haal ze dan uit de vorm, verwijder het bakpapier en laat ze afkoelen op een fijn rooster.
4. Maak de taart: klop de slagroom tot hij net zijn vorm houdt en roer de opgeloste koffie erdoor. Smeer de helft op de onderste cakelaag en de andere helft op de bovenste. Strijk het oppervlak glad met een glaceermes en bestuif de taart met cacao.
Eet smakelijk!
Mary Berry's Bakbijbel
Karakter Uitgevers B.V. 2018
ISBN 9789045215563
2 april 2019
Bananenmuffins - kast vol kookboeken 26
Voor de achtergrond van het project "Mijn kast vol kookboeken", klik hier.
In mijn kast vol kookboeken staan heel veel gewone boeken. Maar een paar steken er met kop en schouders bovenuit. In mijn geval zijn het natuurlijk bakboeken waar ik warmere gevoelens voor heb.
Heb absolute pronkstuk is vandaag aan de beurt: "Bakken" van James Peterson. Ondertitel: "Het standaardwerk met meer dan 350 recepten en technieken en ruim 1500 foto's".
Ik zie net dat het op het moment niet nieuw te koop is, maar tweedehands wel, vanaf ongeveer 15 euro. Het ISBN is 9789061129097.
Ik weet nog precies hoe ik eraan kom. Ik nam afscheid bij een vereniging waar ik jaren voor had gewerkt, en de secretaresse vroeg me wat ik als afscheidscadeau wilde. Dat ik zo'n concrete wens had, was voor haar makkelijk!
Ik heb een keer eerder geschreven over dit boek, lees maar hier. Het is leuk om te weten dat de ervaren kok James Peterson zichzelf niet ziet als baktalent. Hij schrijft: "Bij een stoofpot of een stuk braadvlees weet ik precies wat ik moet doen, maar als het op taarten of brood bakken aankomt, heb ik een duidelijk recept nodig met exacte hoeveelheden. Zelfs met de aanwijzingen knoei ik echter meel over de grond en zit al het keukengerei al snel onder de chocolade. Ik geniet echter wel van bakken: van de precisie, de specifieke (en soms
vreemde) vereisten en natuurlijk het tonen van een voltooid baksel aan mijn gasten en gezin. Ik heb de afgelopen veertig jaar veel vooruitgang geboekt en mijn baksels worden altijd goed ontvangen, wat me nog steeds een tevreden gevoel geeft." (Je kunt de hele inleiding hier lezen.) Als deze link het op een dag niet meer doet, laat me dat dan weten in de comments.
Waarom schrijft Peterson dan een bakboek? Ook dat kan hij prima zelf uitleggen: "Er zijn eigenlijk al allerlei uitstekende bakboeken op de markt. Ik wilde hier toch nog een boek aan toevoegen, omdat ik al een tijd het gevoel heb dat de lezer bij de meeste bakboeken niet zelfstandig kan voortborduren op de geleidelijk verkregen kennis. In dit boek presenteer ik een aanpak waarbij de lezer leert denken als een echte banketbakker."
Dat zegt hij precies goed. Als je met dit boek werkt, is het soms een beetje zoeken naar de onderdelen van het recept. Maar als je eenmaal doorhebt hoe het werkt, word je steeds flexibeler met recepten. Er staan heeeeel veel stap-voor-stap-foto's in, allerlei basisrecepten met variaties. Het boek is ook opgebouwd om te leren, Peterson noemt het zelf "leermodules". En zelf heeft hij er kennelijk ook veel van geleerd, want hij heeft gewerkt met een fulltime bakconsulent op de set, schrijft hij.
Het recept hieronder heb ik zelf al verschillende keren gemaakt, maar deze keer heeft een van mijn dochters de bananenmuffins gebakken die op de foto staan. Het is een ideaal recept om overrijpe bananen in te verwerken. Deze variant van Peterson bevat ook walnoten, hoewel ik het heerlijk vind om er pecannoten in te doen.
Wat heb je nodig voor 12 muffins?
2 a 3 rijpe bananen, afhankelijk van de grootte en hoeveel bruine plekken je weg moet snijden
250 gram tarwebloem
1/2 tl zout
1/2 tl zuiveringszout (baking soda)
1/2 tl bakpoeder
85 gram roomboter, gesmolten maar niet meer heet
2 eieren (groot)
2 eiwitten
100 gram kristalsuiker
110 gram bruine basterdsuiker
100 gram geroosterde en grof gehakte walnoten (of pecannoten dus)
en evt. 12 mooie losse exemplaren voor bovenop.
Wat moet je doen?
Als je noten ongeroosterd zijn: leg ze op een bakplaat en doe ze 15 minuten op 175 graden in de oven. Schep ze halverwege een keer om. Dit gaat heerlijk ruiken! Laat ze afkoelen voor je ze grof hakt.
Verwarm de oven voor op 175 graden (hetelucht 160 graden).
Vet de muffinvormen in voor 12 stuks. (En ik doe er ook muffinpapiertjes in.)
Prak de bananen met een aardappelstamper. (Of een vork.)
Meng in een grote kom de bloem, het zout, zuiveringszout en bakpoeder.
Meng in een andere kom gesmolten boter, kristalsuiker en bruine suiker, eieren en eiwitten. Schenk dit over de droge ingredienten.
Voeg noten en bananen toe.
Schep het mengsel met een spatel door elkaar tot de droge ingredienten net niet meer zichtbaar zijn, niet langer.
Verdeel over de 12 vormpjes. Leg er eventueel nog een mooie pecannoot bovenop.
Bak 25 minuten op de voorverwarmde 175 graden (hetelucht 160).
Mijn oven had 32 minuten nodig om ze mooi gaar te krijgen op 160 graden.
Ze zijn klaar als een prikker die je erin steekt, er schoon en droog weer uit komt.
Laat ze afkoelen op een rooster.
Je kunt deze muffins ook bakken als een bananenbrood. Doe het beslag in een grote broodvorm van 2 liter en bak het brood ongeveer 50 minuten op 175 graden (hetelucht 160). Doe de prikkertest en je weet of hij al gaar is.
Eet smakelijk!
In mijn kast vol kookboeken staan heel veel gewone boeken. Maar een paar steken er met kop en schouders bovenuit. In mijn geval zijn het natuurlijk bakboeken waar ik warmere gevoelens voor heb.
Heb absolute pronkstuk is vandaag aan de beurt: "Bakken" van James Peterson. Ondertitel: "Het standaardwerk met meer dan 350 recepten en technieken en ruim 1500 foto's".
Ik zie net dat het op het moment niet nieuw te koop is, maar tweedehands wel, vanaf ongeveer 15 euro. Het ISBN is 9789061129097.
Ik weet nog precies hoe ik eraan kom. Ik nam afscheid bij een vereniging waar ik jaren voor had gewerkt, en de secretaresse vroeg me wat ik als afscheidscadeau wilde. Dat ik zo'n concrete wens had, was voor haar makkelijk!
Ik heb een keer eerder geschreven over dit boek, lees maar hier. Het is leuk om te weten dat de ervaren kok James Peterson zichzelf niet ziet als baktalent. Hij schrijft: "Bij een stoofpot of een stuk braadvlees weet ik precies wat ik moet doen, maar als het op taarten of brood bakken aankomt, heb ik een duidelijk recept nodig met exacte hoeveelheden. Zelfs met de aanwijzingen knoei ik echter meel over de grond en zit al het keukengerei al snel onder de chocolade. Ik geniet echter wel van bakken: van de precisie, de specifieke (en soms
vreemde) vereisten en natuurlijk het tonen van een voltooid baksel aan mijn gasten en gezin. Ik heb de afgelopen veertig jaar veel vooruitgang geboekt en mijn baksels worden altijd goed ontvangen, wat me nog steeds een tevreden gevoel geeft." (Je kunt de hele inleiding hier lezen.) Als deze link het op een dag niet meer doet, laat me dat dan weten in de comments.
Waarom schrijft Peterson dan een bakboek? Ook dat kan hij prima zelf uitleggen: "Er zijn eigenlijk al allerlei uitstekende bakboeken op de markt. Ik wilde hier toch nog een boek aan toevoegen, omdat ik al een tijd het gevoel heb dat de lezer bij de meeste bakboeken niet zelfstandig kan voortborduren op de geleidelijk verkregen kennis. In dit boek presenteer ik een aanpak waarbij de lezer leert denken als een echte banketbakker."
Dat zegt hij precies goed. Als je met dit boek werkt, is het soms een beetje zoeken naar de onderdelen van het recept. Maar als je eenmaal doorhebt hoe het werkt, word je steeds flexibeler met recepten. Er staan heeeeel veel stap-voor-stap-foto's in, allerlei basisrecepten met variaties. Het boek is ook opgebouwd om te leren, Peterson noemt het zelf "leermodules". En zelf heeft hij er kennelijk ook veel van geleerd, want hij heeft gewerkt met een fulltime bakconsulent op de set, schrijft hij.
Het recept hieronder heb ik zelf al verschillende keren gemaakt, maar deze keer heeft een van mijn dochters de bananenmuffins gebakken die op de foto staan. Het is een ideaal recept om overrijpe bananen in te verwerken. Deze variant van Peterson bevat ook walnoten, hoewel ik het heerlijk vind om er pecannoten in te doen.
Wat heb je nodig voor 12 muffins?
2 a 3 rijpe bananen, afhankelijk van de grootte en hoeveel bruine plekken je weg moet snijden
250 gram tarwebloem
1/2 tl zout
1/2 tl zuiveringszout (baking soda)
1/2 tl bakpoeder
85 gram roomboter, gesmolten maar niet meer heet
2 eieren (groot)
2 eiwitten
100 gram kristalsuiker
110 gram bruine basterdsuiker
100 gram geroosterde en grof gehakte walnoten (of pecannoten dus)
en evt. 12 mooie losse exemplaren voor bovenop.
Wat moet je doen?
Als je noten ongeroosterd zijn: leg ze op een bakplaat en doe ze 15 minuten op 175 graden in de oven. Schep ze halverwege een keer om. Dit gaat heerlijk ruiken! Laat ze afkoelen voor je ze grof hakt.
Verwarm de oven voor op 175 graden (hetelucht 160 graden).
Vet de muffinvormen in voor 12 stuks. (En ik doe er ook muffinpapiertjes in.)
Prak de bananen met een aardappelstamper. (Of een vork.)
Meng in een grote kom de bloem, het zout, zuiveringszout en bakpoeder.
Meng in een andere kom gesmolten boter, kristalsuiker en bruine suiker, eieren en eiwitten. Schenk dit over de droge ingredienten.
Voeg noten en bananen toe.
Schep het mengsel met een spatel door elkaar tot de droge ingredienten net niet meer zichtbaar zijn, niet langer.
Verdeel over de 12 vormpjes. Leg er eventueel nog een mooie pecannoot bovenop.
Bak 25 minuten op de voorverwarmde 175 graden (hetelucht 160).
Mijn oven had 32 minuten nodig om ze mooi gaar te krijgen op 160 graden.
Ze zijn klaar als een prikker die je erin steekt, er schoon en droog weer uit komt.
Laat ze afkoelen op een rooster.
Je kunt deze muffins ook bakken als een bananenbrood. Doe het beslag in een grote broodvorm van 2 liter en bak het brood ongeveer 50 minuten op 175 graden (hetelucht 160). Doe de prikkertest en je weet of hij al gaar is.
Eet smakelijk!
Pasta primavera - kast vol kookboeken 25
Voor de achtergrond van het project "Mijn kast vol kookboeken", klik hier.
De eerste maaltijden die ik kookte als jongvolwassene, waren aardappels-vlees-groente-maaltijden. Daar is de variatie gauw uit, en na een jaar kwamen de bloemkool en de worteltjes mijn neus uit.
Mijn man kookte vooral studentikoze rijst-met-saus, en dan had je nog de uitstapjes van chili-con-carne en lasagne met bechamel-uit-een-pakje. Dan praten we over de laatste jaren van de twintigste eeuw. Het maaltijden-arsenaal breidde zich door de jaren wel uit, net als mijn kruidenkastje. Ik gebruik bijna geen pakjes en zakjes meer tegenwoordig.
Maar mijn nieuwsgierigheid in de keuken uitte zich met name in bakken. Koken is werk, bakken is hobby. Experimenteren deed ik met de bakprojecten van de Daring Bakers, en dan maakte ik 's avonds een maaltijd die ik al honderd keer had gemaakt.
Maar de laatste jaren ga ik koken ook steeds meer waarderen. En wat blijkt: ik hou ontzettend van Italiaanse pastamaaltijden. En daarom heb ik laatst dit boekje gekocht, een afgeschreven bibliotheekboek, uit de 500-serie waar ik al eerder over schreef: 500 Italiaanse gerechten.
Het boekje is geschreven door Linda Wildsmith, die in Italië heeft gewoond en nu in Engeland kooklessen geeft. Ze schrijft met liefde, soms zelfs lichtelijk hysterisch, over Italianen die leven om te eten en met de seizoenen mee koken.
Het boekje is opgebouwd volgens de standaard 500-methode, met lijstjes variaties per recept. Daar houd ik van, het geeft je gevoel voor de reikwijdte van een recept, en wat je met elkaar kunt combineren of door elkaar vervangen.
De hoofdstuk-indeling is wel opvallend: Linda legt uit hoe een uitgebreid Italiaans diner is opgebouwd, en volgens die regels bouwt ze ook haar boek op.
Antipasti - primi piatti - secondo piatti - dolci. Ik wist niet dat pastamaaltijden allemaal bij "primi piatti" horen - de eerste hoofdgang. Bij de tweede moet je denken aan vlees, gevogelte en wild.
Ik heb dus een pastagerecht gekozen uit de primi piatti: pasta primavera. Dat betekent "lente-pasta". Als dat niet passend is op het moment...! Daarbij heb ik twee van de variaties toegevoegd en er zelf nog een bij verzonnen, plus een bijgerecht.
Pasta primavera is een vegetarisch pastagerecht met een groentesaus. Er zijn talloze versies van. In deze variant gebruik je ui, wortel, courgette, paprika en tomaat. In een van de beschreven variaties wordt de paprika eerst geroosterd (con peperone arrostito), in een andere wordt er room toegevoegd (con la panna), en in mijn variatie worden ook de kerstomaatjes geroosterd.Tot slot heb ik het geserveerd met mini-mozzaralla.
Het effect van de geroosterde groente is, dat je een intense smaak krijgt die doet denken aan de hartigheid van vlees. Zo kun je wel elke dag vegetarisch eten! Ik vond deze maaltijd echt erg lekker, gezond en hartig. Ook man en kinderen vonden het recept een blijvertje.
Pasta primavera
voor 6 personen
4 eetlepels olijfolie
1 kleine, rode ui, gepeld, in stukjes
1 wortel, geschrapt, in stukjes
2 kleine courgettes, kapjes afgesneden, in blokjes (of 1 grote)
1 kleine groene of rode paprika, zaad verwijderd, in blokjes
450 gram gehakte tomaten, uit blik
2 eetl water, indien nodig
een flinke mespunt gedroogde oregano
225 gram kerstomaatjes, gewassen, gehalveerd
450 gram pasta naar keuze (ik gebruik 250 gram voor 5 personen)
zeezout en versgemalen zwarte peper
versgeraspte parmezaanse kaas, voor erbij
(evt. mini-mozzarella als bijgerecht)
Breng voor de pasta een grote pan water met zout aan de kook.
Verhit in een andere pan de olie op matig vuur. Voeg de groenten toe (ui, wortel, courgette, paprika) en roer goed zodat ze rondom bedekt zijn met olie. Bak ze circa 10 minuten, roer zo nu en dan, tot de groenten beetgaar zijn.
Draai het vuur uit, maar laat de pan staan. Voeg de tomaten uit blik toe, met de twee eetlepels water om de saus zo nodig te verdunnen. Roer voorzichtig de oregano en de kerstomaatjes erdoor.
Voeg intussen de pasta toe aan het kokende water en kook hem al dente. Giet af en doe hem in de pan met de groenten. Breng op smaak met zout en verse zwarte peper, roer goed, en voeg eventueel nog wat olijfolie toe.
Serveer in een voorverwarmde schaal of op individuele borden. Strooi er wat versgeraspte Parmezaanse kaas over.
Variatie 1 die ik gebruikt heb: geroosterde paprika
Laat de paprika weg bij de saus, en rooster hem apart. Roer pas op het laatst weer door de saus. Ik rooster een paprika onder de grill van mijn oven, af en toe omdraaien met een barbecuetang, tot hij aan alle kanten zwart geblakerd is. Laat hem een poosje afkoelen in een schaal die afgedekt is met aluminiumfolie, dan kun je daarna het vel er makkelijk af trekken. Verwijder dan steel en zaadjes, en snijd de paprika in stukjes.
Variatie 2 die ik gebruikt heb: room
Roer aan het eind vier eetlepels room door de saus.
Variatie 3, van mezelf: geroosterde tomaatjes
Het recept lijkt rauwe halve kerstomaatjes door de saus te doen. Dat leek me niks. Ik heb de tomaatjes door olijfolie gerold, en toen 20 minuten op 200 graden in de oven gebakken, tot ze open sprongen. Vervolgens heb ik de velletjes eraf gehaald, dat ging heel makkelijk, en de tomaatjes gehalveerd en door de saus geroerd. Dat doet wonderen voor de smaak!
- Ik heb eens gelezen dat zout-pasta-water in een verhouding 1:10:100 moet staan. Voor de meeste mensen is dat meer zout en meer water dan ze gewend zijn. Maar ja, het meeste zout gooi je weer met het water weg.
- Ik heb een tweede blikje tomaten toegevoegd, om wat meer saus te hebben. Dan moet je de smaakmakers natuurlijk ook wat opschalen.
- Parmezaanse kaas is Parmiggiano Reggiano. Te vervangen door de iets goedkopere Grana Padano. Allebei in puntjes te koop in de supermarkt.
De eerste maaltijden die ik kookte als jongvolwassene, waren aardappels-vlees-groente-maaltijden. Daar is de variatie gauw uit, en na een jaar kwamen de bloemkool en de worteltjes mijn neus uit.
Mijn man kookte vooral studentikoze rijst-met-saus, en dan had je nog de uitstapjes van chili-con-carne en lasagne met bechamel-uit-een-pakje. Dan praten we over de laatste jaren van de twintigste eeuw. Het maaltijden-arsenaal breidde zich door de jaren wel uit, net als mijn kruidenkastje. Ik gebruik bijna geen pakjes en zakjes meer tegenwoordig.
Maar mijn nieuwsgierigheid in de keuken uitte zich met name in bakken. Koken is werk, bakken is hobby. Experimenteren deed ik met de bakprojecten van de Daring Bakers, en dan maakte ik 's avonds een maaltijd die ik al honderd keer had gemaakt.
Maar de laatste jaren ga ik koken ook steeds meer waarderen. En wat blijkt: ik hou ontzettend van Italiaanse pastamaaltijden. En daarom heb ik laatst dit boekje gekocht, een afgeschreven bibliotheekboek, uit de 500-serie waar ik al eerder over schreef: 500 Italiaanse gerechten.
Het boekje is geschreven door Linda Wildsmith, die in Italië heeft gewoond en nu in Engeland kooklessen geeft. Ze schrijft met liefde, soms zelfs lichtelijk hysterisch, over Italianen die leven om te eten en met de seizoenen mee koken.
Het boekje is opgebouwd volgens de standaard 500-methode, met lijstjes variaties per recept. Daar houd ik van, het geeft je gevoel voor de reikwijdte van een recept, en wat je met elkaar kunt combineren of door elkaar vervangen.
De hoofdstuk-indeling is wel opvallend: Linda legt uit hoe een uitgebreid Italiaans diner is opgebouwd, en volgens die regels bouwt ze ook haar boek op.
Antipasti - primi piatti - secondo piatti - dolci. Ik wist niet dat pastamaaltijden allemaal bij "primi piatti" horen - de eerste hoofdgang. Bij de tweede moet je denken aan vlees, gevogelte en wild.
Ik heb dus een pastagerecht gekozen uit de primi piatti: pasta primavera. Dat betekent "lente-pasta". Als dat niet passend is op het moment...! Daarbij heb ik twee van de variaties toegevoegd en er zelf nog een bij verzonnen, plus een bijgerecht.
Pasta primavera is een vegetarisch pastagerecht met een groentesaus. Er zijn talloze versies van. In deze variant gebruik je ui, wortel, courgette, paprika en tomaat. In een van de beschreven variaties wordt de paprika eerst geroosterd (con peperone arrostito), in een andere wordt er room toegevoegd (con la panna), en in mijn variatie worden ook de kerstomaatjes geroosterd.Tot slot heb ik het geserveerd met mini-mozzaralla.
Het effect van de geroosterde groente is, dat je een intense smaak krijgt die doet denken aan de hartigheid van vlees. Zo kun je wel elke dag vegetarisch eten! Ik vond deze maaltijd echt erg lekker, gezond en hartig. Ook man en kinderen vonden het recept een blijvertje.
Pasta primavera
voor 6 personen
4 eetlepels olijfolie
1 kleine, rode ui, gepeld, in stukjes
1 wortel, geschrapt, in stukjes
2 kleine courgettes, kapjes afgesneden, in blokjes (of 1 grote)
1 kleine groene of rode paprika, zaad verwijderd, in blokjes
450 gram gehakte tomaten, uit blik
2 eetl water, indien nodig
een flinke mespunt gedroogde oregano
225 gram kerstomaatjes, gewassen, gehalveerd
450 gram pasta naar keuze (ik gebruik 250 gram voor 5 personen)
zeezout en versgemalen zwarte peper
versgeraspte parmezaanse kaas, voor erbij
(evt. mini-mozzarella als bijgerecht)
Breng voor de pasta een grote pan water met zout aan de kook.
Verhit in een andere pan de olie op matig vuur. Voeg de groenten toe (ui, wortel, courgette, paprika) en roer goed zodat ze rondom bedekt zijn met olie. Bak ze circa 10 minuten, roer zo nu en dan, tot de groenten beetgaar zijn.
Draai het vuur uit, maar laat de pan staan. Voeg de tomaten uit blik toe, met de twee eetlepels water om de saus zo nodig te verdunnen. Roer voorzichtig de oregano en de kerstomaatjes erdoor.
Voeg intussen de pasta toe aan het kokende water en kook hem al dente. Giet af en doe hem in de pan met de groenten. Breng op smaak met zout en verse zwarte peper, roer goed, en voeg eventueel nog wat olijfolie toe.
Serveer in een voorverwarmde schaal of op individuele borden. Strooi er wat versgeraspte Parmezaanse kaas over.
Variatie 1 die ik gebruikt heb: geroosterde paprika
Laat de paprika weg bij de saus, en rooster hem apart. Roer pas op het laatst weer door de saus. Ik rooster een paprika onder de grill van mijn oven, af en toe omdraaien met een barbecuetang, tot hij aan alle kanten zwart geblakerd is. Laat hem een poosje afkoelen in een schaal die afgedekt is met aluminiumfolie, dan kun je daarna het vel er makkelijk af trekken. Verwijder dan steel en zaadjes, en snijd de paprika in stukjes.
Variatie 2 die ik gebruikt heb: room
Roer aan het eind vier eetlepels room door de saus.
Variatie 3, van mezelf: geroosterde tomaatjes
Het recept lijkt rauwe halve kerstomaatjes door de saus te doen. Dat leek me niks. Ik heb de tomaatjes door olijfolie gerold, en toen 20 minuten op 200 graden in de oven gebakken, tot ze open sprongen. Vervolgens heb ik de velletjes eraf gehaald, dat ging heel makkelijk, en de tomaatjes gehalveerd en door de saus geroerd. Dat doet wonderen voor de smaak!
- Ik heb eens gelezen dat zout-pasta-water in een verhouding 1:10:100 moet staan. Voor de meeste mensen is dat meer zout en meer water dan ze gewend zijn. Maar ja, het meeste zout gooi je weer met het water weg.
- Ik heb een tweede blikje tomaten toegevoegd, om wat meer saus te hebben. Dan moet je de smaakmakers natuurlijk ook wat opschalen.
- Parmezaanse kaas is Parmiggiano Reggiano. Te vervangen door de iets goedkopere Grana Padano. Allebei in puntjes te koop in de supermarkt.
Abonneren op:
Posts (Atom)