11 mei 2019

Chinese kokosbroodjes (kast vol kookboeken 33)

De Amerikaanse Jeffrey Alford en  de Canadese Naomi Duguid ontmoetten elkaar in 1985 in Tibet, en gingen samen in Canada wonen. Ze reisden de hele wereld af op zoek naar mooie, traditionele recepten. Samen schreven ze vijf populaire kookboeken, waaronder "Home Baking, the artful mix of flour and tradition around the world". Van dit boek heb ik de lijvige vertaling voor me liggen: "De kunst van het bakken: brood, koek en taart uit alle windstreken". 444 bladzijden, 2,4 kilo, zo'n 120 recepten, en een miljoen kilocalorieën.

Het is in Nederland goed verkrijgbaar, ook voordelig tweedehands. ISBN 9058974251, uitgever Terra Lannoo. Het is uitstekend vertaald door Jonah Freud, die zelf kookboeken schrijft en bovendien eigenaar is van de kookboekhandel in Amsterdam. (Stiekem ben ik een beetje jaloers: ik wil ook een kookboek vertalen!)

Ik heb dit prachtige boek al best lang, en toch heb ik er nooit uit gebakken. Veel broodrecepten die erin staan vragen lange voorbereiding ("maak de poolish minstens 12 uur van tevoren" of vreemde ingredienten (tarwemoutextract). 
Maar nu ik er, voor mijn project, wat beter in gelezen heb, kreeg het boek me in zijn greep. Er staat nog veel meer in dan brood, de foto's zijn verleidelijk, en dan de verhalen... Jeffrey en Naomi houden duidelijk zo van al die landen en tradities - en bovenal van de magie van meel en bakken. 

Het boek is heel functioneel ingedeeld in: gebak, brood, kleinere broden, en cakes en koekjes, maar de inhoudsopgave gooit dat allemaal om en deelt de recepten speels in. Wat dacht je van een categorie "om een hongerige menigte te voeden", of "ongebruikelijke technieken"? 

Elk recept heeft een verlekkerde beschrijving, of een stukje geschiedenis, of een gezellige anekdote. Helaas heeft niet ieder recept een foto. 
Wat opvalt, is dat Jeffrey en Naomi relaxed bakken. Ze doen niet moeilijk over hoeveelheden en moedigen je aan om te experimenteren. Daarmee is het misschien wel minder geschikt voor beginners.

Een kenmerkend citaat uit een recept voor bagels: "Wij dachten dat het mogelijk moest zijn om Montréal-bagels in onze keuken in Toronto te maken. Wij vroegen om advies en experimenteerden, en het uiteindelijke resultaat was een bagel die aan de precieze standaarden van bagel-liefhebbende vrienden uit Montréal voldeed. Het gevoel van triomf dat wij toen hadden, is nooit meer weggegaan. De bagels zijn niet moeilijk te maken, en het bakken ervan geeft bovendien een goed gevoel, zeker als je ze voor een groep hongerige liefhebbers maakt."
Overigens wilde ik dat recept eerst kiezen, maar had ik er (je raadt het al) tarwemoutextract voor nodig. 

Wat ik wel gekozen heb, is "kokoskadetjes uit Taipei". Ze heten in het oorspronkelijke boek "Taipei coconut buns". Het zijn zachte, witte, zoete Chinese broodjes, met een zoete zelfgemaakte kokospasta als vulling. Het recept heeft geen gekke ingrediënten, en je kunt dit maken tussen avondeten en bedtijd. 

Kadetjes is een in onbruik geraakt woord, maar het is een typisch Nederlands zacht broodje dat op de ovenvloer wordt gebakken. Wat wij nu gewoon bolletje of broodje noemen, dus. Daarom noem ik ze hier maar gewoon Chinese kokosbroodjes.

Ik heb een paar zijpaadjes uit het recept weggelaten, dit is de compacte versie.

Chinese kokosbroodjes

Voor het deeg:
2 eetlepels suiker
160 ml lauwwarm water
2 theelepels gedroogde gist (dat is 1 zakje)
100 tot 120 gram patentbloem
100 gram witte bloem of nog 80 gram patentbloem
50 ml plantaardige olie
1 theelepel zout

Voor de vulling:
40 gram en later nog 2 eetlepels gedroogde, ongezoete, gemalen kokos
60 ml kokend water
100 gram lichtbruine suiker
2 eetlepels maizena
1 eetlepel boter, margarine of reuzel

Los in een grote kom 1 theelepel van de suiker op in het warme water. 
Laat de gist ook in het water oplossen.
Roer de witte bloem door het mengsel en laat dit 15 minuten staan.

Voeg patentbloem toe, de andere theelepel suiker, de olie en het zout. 
Roer en mix alles tot een geheel. 
Bestuif een werkblad met een beetje bloem.
Leg het deeg op het werkblad en kneed het 3 tot 5 minuten. 
Het deeg voelt eerst een beetje kleverig aan, nadat het eventjes is gekneed voelt het soepel aan en niet langer kleverig.
(Lees: voeg bloem toe tot dit zo is. Met mijn bloemkwaliteit had ik diverse eetlepels extra bloem nodig tot het een soepel deeg werd.)

Doe het deeg in een schone kom. Dek het af met een schone doek en laat het anderhalf uur rijzen. 

Maak nu gelijk de vulling:
Giet het hete water op de gedroogde kokos, roer en laat een kwartier staan.
Meng suiker en maizena, en roer dit door de kokos. 
Smelt de boter in een pan, voeg de kokos toe en verhit tot het wat dikker wordt, een minuut of twee. Laat het niet aanbranden! 
Laat het mengsel afkoelen, zet het dan in de koelkast, en haal het er weer uit een half uur voor het deeg klaar is. Roer de twee extra eetlepels kokos erdoor. 

Neem de helft (!) van het gerezen deeg en rol het uit tot 15 bij 30 cm. 
Snijd het in twee repen van 7,5 bij 30. 
Leg een kwart van de vulling op elke reep, haal je vingers door wat bloem en maak er een nette streep vulling van, over de hele lengte van de strook deeg.
Sla eerst de ene en dan de andere kant van de deegstrook over de vulling, druk de naad dicht en draai die naar onderen.
Snijd de rol in drie stukken, en sluit de zijkanten zo goed mogelijk. 
Doe hetzelfde met de andere helft van het uitgerolde deeg, en vervolgens met de tweede helft van het deeg, tot je 12 broodjes hebt. 

Leg ze op een bakplaat met bakpapier (in mijn geval twee bakplaten), met een paar centimeter tussenruimte. 
Laat ze nog 35 tot 45 minuten rijzen, verwarm de oven op tijd voor, en bak de broodjes dan 15 tot 18 minuten op 190 graden, tot ze goudbruin zijn. 

Eet ze warm of op kamertemperatuur. 
Eet smakelijk!

En, wat vond ik ervan? De kokosbroodjes zijn heel lekker. De exemplaren die toevallig wat groter uitvielen, waren lekkerder / luchtiger dan de kleinere. Daarom denk ik dat ze wat korter gebakken moeten worden (korter dan 18 minuten in mijn oven). De volgende keer weeg ik deegballetjes af en maak ik gevulde ronde broodjes, zodat ze minder gauw droog worden en bovendien allemaal even groot. 
De vulling is lekker zoet en heeft een stevige kokossmaak. Wat nog lekkerder is: de vulling die tijdens het bakken uit een niet goed afgesloten broodje lekt. Dat wordt kokostoffee! :-)

zoekresultaten voor Chinees gebak

Geen opmerkingen: